In tijden van corona is het voor koren onmogelijk te repeteren. Maar het Deventer Vocaal Ensemble gaat niet bij de pakken neer zitten en heeft besloten zich niet uit het veld te laten slaan. Om de stemmen gesmeerd te houden en om toch te blijven genieten van muziek maken, hebben we besloten thuis 2 stukken in te studeren, namelijk From the Bavarian Highlands van Edward Elgar en het Stabat Mater van Pergolesi. Voorlopig studeren we de stukken voor onszelf in, maar uiteraard worden er plannen gemaakt om de stukken zo spoedig mogelijk uit te voeren als de corona-regels zijn afgeschaft.
From the Bavarian Highlands werd door Elgar geschreven als herinnering aan zijn vakantie in Beieren in de herfst van 1894. Elgar’s vrouw Alice bewerkte de Volksliedteksen. Ze gaf de liederen subtitels in herinnering aan de favoriete plaatsen die ze bezochten tijdens hun vakantie: The Dance (Sonnenbichl), False Love (Wamberg), Lullaby (In Hammersbach), Aspiration (Bei Sankt Anton), On the Alm (Hoch Alp), The Marksmen (Bei Murnau).
Het Stabat Mater is een van de beroemdste middeleeuws-Latijnse gedichten op de Moeder Gods in haar smart om de gekruisigde Christus. Het is genoemd naar de beginwoorden van het gedicht, Stabat mater dolorosa (Nederlands: ‘De moeder stond bedroefd’). Pergolesi kreeg van een broederschap van vrome adellijke leken de opdracht een nieuw Stabat Mater te maken voor de San Luigi-kerk in Napels. Het moest dienen ter vervanging van het als ‘ouderwets’ beschouwde Stabat Mater uit 1724 van Alessandro Scarlatti, dat in het voorafgaande decennium elke Goede Vrijdag was uitgevoerd als onderdeel van de liturgie. Waarschijnlijk heeft Pergolesi het Stabat Mater met tussenpozen geschreven. Het slotduet schreef hij op zijn sterfbed in 1736.